1a. Rode stroom

Werkstromen
Binnen het werk is onderscheid te maken tussen twee soorten werkzaamheden.

  • Groene stroom: Het reguliere werk, waar bijvoorbeeld werkbeschrijvingen van beschikbaar zijn, waarbij iedereen weet wat wanneer te doen. De processen van deze stroom zijn gestructureerd, waardoor het werk relatief efficiënt kan worden uitgevoerd. Deze stroom gaat makkelijker, routinematig, maar kan ook (te) bureaucratisch over komen. Als iets niet geheel binnen de processen past, kan het (onbedoeld) genegeerd worden.
  • Rode stroom: Naast de routinematige werkzaamheden, zijn er tal van ontwikkelingen, problemen, situaties die zich niet in een werkbeschrijving laten vangen. Deze dynamischere werkzaamheden betreffen de rode stroom werkzaamheden. Deze uitdagingen ontstaan vaak door speciale omstandigheden waar het team zich enthousiast mee bezighoudt om op maat gemaakte oplossingen te vinden. Deze bijzondere uitdagingen kunnen heel leuk zijn, maar de afhandeling van het probleem gaat door het zoeken naar de bijzondere oplossing niet altijd even snel. Teveel van deze werkzaamheden leidt tot het leven in de waan van de dag.

Terwijl groene stroom zorgt voor efficiënte voortgang op reguliere basis, is rode stroom gericht op dynamische uitdagingen en het oplossen van problemen. Deze combinatie maakt het werk levendig en interessant. Het afhandelen van rode stroomactiviteiten kan ook leiden tot procesaanpassingen, maar dit is lang niet altijd noodzakelijk of wenselijk. Flexibiliteit is ook van groot belang.

Balans 50% / 50%
De balans tussen groene en rode stroom is essentieel.

  • Als er te veel groene stroom is, waarbij alles in procesbeschrijvingen en stappenplannen is vastgelegd, ontstaat er een bureaucratie waar de kleinste afwijking van het proces onmogelijk lijkt. Het continu herhalen van dezelfde stappen is ook nog eens enorm saai.
  • Als er te veel rode stroom is, wordt voor elke situatie een eigen oplossing bedacht die de volgende keer helemaal anders kan zijn. Er wordt dan geleefd in de waan van de dag, wat bijvoorbeeld tot gevolg kan hebben dat je mailbox de leiding krijgt en naar de laatst roepende wordt geluisterd. Je werk is dynamischer dat is leuk, maar de grip kan worden verloren omdat er maar zoveel uren in de week zijn.

Binnen je baan blijf je zoeken naar een balans (niet te saai/ wel voldoende uit de dag kunnen halen/ niet verdrinken in het werk) gekoppeld aan wat goed voelt. Gebruik middelen zoals de helikopter om af en toe afstand te nemen van het werk en te kijken welke kant je op wil ontwikkelen. Creëer ademruimte om het behapbaar te houden, pak werk erbij om jezelf te kunnen blijven ontwikkelen e.d. Schakel regelmatig met anderen om te bepalen wat realistisch is, zodat de werkbalans van het team ook bewaakt kan worden.

Problemen als rode stroom erkennen
Wanneer er binnen het werk problemen ontstaan, waarbij ook het team uiteindelijk deze niet aan kan, dan wordt het belangrijk deze problemen te erkennen. De organisatie kan ervoor kiezen om een speciaal team te starten, toegewijd aan het oplossen van het probleem. De ernst van de situatie wordt erkend en gecommuniceerd naar alle betrokkenen binnen de organisatie. De medewerkers die eerder in hun eigen groene/ rode stroom balans hiermee aan de slag waren krijgen weer tijd om andere werkzaamheden op te pakken. Het team dat het probleem gaat aanpakken kan kijken hoe het verholpen kan worden, maar ook hoe hier een groene stroom proces van te maken waar mogelijk. Het als organisatie kenbaar maken dat dit team gaat starten kan het moment zijn waarbij de geïnteresseerden voor deze nobele uitdaging zich kunnen melden. De volgende stap wordt het vinden van de kartrekker die hiermee aan de slag gaat. Geef dit team een plekje in de organisatie, help de kartrekker met de rapportage/ escalatie lijn om de voortgang, afstemming van de verwachtingen in beeld te houden. Het communiceren aan de organisatie helpt niet alleen de teamleden/ het team die er straks mee aan de slag gaan maar ook de mensen die nu worstelen met delen van het probleem, zodat de puzzelstukjes straks makkelijker verzameld kunnen worden.

Naar: Het team

Gedachte experiment:

  • Hoe is jouw stroombalans, wat kan er beter?
  • Hoe is de stroombalans in het team, werkt het fijn?
  • Zijn er in de organisatie teams actief om grotere uitdagingen beet te pakken, wordt hierover gecommuniceerd?
  • Kan er groene stroom worden gemaakt van bepaalde tijdrovende werkzaamheden die zich vaker herhalen?
  • Welke werkzaamheden blijven in de bureaucratie van regels hangen, waar kan het een tandje praktischer?

1a. Rode stroom

Werkstromen
Binnen het werk is onderscheid te maken tussen twee soorten werkzaamheden.

  • Groene stroom: Het reguliere werk, waar bijvoorbeeld werkbeschrijvingen van beschikbaar zijn, waarbij iedereen weet wat wanneer te doen. De processen van deze stroom zijn gestructureerd, waardoor het werk relatief efficiënt kan worden uitgevoerd. Deze stroom gaat makkelijker, routinematig, maar kan ook (te) bureaucratisch over komen. Als iets niet geheel binnen de processen past, kan het (onbedoeld) genegeerd worden.
  • Rode stroom: Naast de routinematige werkzaamheden, zijn er tal van ontwikkelingen, problemen, situaties die zich niet in een werkbeschrijving laten vangen. Deze dynamischere werkzaamheden betreffen de rode stroom werkzaamheden. Deze uitdagingen ontstaan vaak door speciale omstandigheden waar het team zich enthousiast mee bezighoudt om op maat gemaakte oplossingen te vinden. Deze bijzondere uitdagingen kunnen heel leuk zijn, maar de afhandeling van het probleem gaat door het zoeken naar de bijzondere oplossing niet altijd even snel. Teveel van deze werkzaamheden leidt tot het leven in de waan van de dag.

Terwijl groene stroom zorgt voor efficiënte voortgang op reguliere basis, is rode stroom gericht op dynamische uitdagingen en het oplossen van problemen. Deze combinatie maakt het werk levendig en interessant. Het afhandelen van rode stroomactiviteiten kan ook leiden tot procesaanpassingen, maar dit is lang niet altijd noodzakelijk of wenselijk. Flexibiliteit is ook van groot belang.

Balans 50% / 50%
De balans tussen groene en rode stroom is essentieel.

  • Als er te veel groene stroom is, waarbij alles in procesbeschrijvingen en stappenplannen is vastgelegd, ontstaat er een bureaucratie waar de kleinste afwijking van het proces onmogelijk lijkt. Het continu herhalen van dezelfde stappen is ook nog eens enorm saai.
  • Als er te veel rode stroom is, wordt voor elke situatie een eigen oplossing bedacht die de volgende keer helemaal anders kan zijn. Er wordt dan geleefd in de waan van de dag, wat bijvoorbeeld tot gevolg kan hebben dat je mailbox de leiding krijgt en naar de laatst roepende wordt geluisterd. Je werk is dynamischer dat is leuk, maar de grip kan worden verloren omdat er maar zoveel uren in de week zijn.

Binnen je baan blijf je zoeken naar een balans (niet te saai/ wel voldoende uit de dag kunnen halen/ niet verdrinken in het werk) gekoppeld aan wat goed voelt. Gebruik middelen zoals de helikopter om af en toe afstand te nemen van het werk en te kijken welke kant je op wil ontwikkelen. Creëer ademruimte om het behapbaar te houden, pak werk erbij om jezelf te kunnen blijven ontwikkelen e.d. Schakel regelmatig met anderen om te bepalen wat realistisch is, zodat de werkbalans van het team ook bewaakt kan worden.

Problemen als rode stroom erkennen
Wanneer er binnen het werk problemen ontstaan, waarbij ook het team uiteindelijk deze niet aan kan, dan wordt het belangrijk deze problemen te erkennen. De organisatie kan ervoor kiezen om een speciaal team te starten, toegewijd aan het oplossen van het probleem. De ernst van de situatie wordt erkend en gecommuniceerd naar alle betrokkenen binnen de organisatie. De medewerkers die eerder in hun eigen groene/ rode stroom balans hiermee aan de slag waren krijgen weer tijd om andere werkzaamheden op te pakken. Het team dat het probleem gaat aanpakken kan kijken hoe het verholpen kan worden, maar ook hoe hier een groene stroom proces van te maken waar mogelijk. Het als organisatie kenbaar maken dat dit team gaat starten kan het moment zijn waarbij de geïnteresseerden voor deze nobele uitdaging zich kunnen melden. De volgende stap wordt het vinden van de kartrekker die hiermee aan de slag gaat. Geef dit team een plekje in de organisatie, help de kartrekker met de rapportage/ escalatie lijn om de voortgang, afstemming van de verwachtingen in beeld te houden. Het communiceren aan de organisatie helpt niet alleen de teamleden/ het team die er straks mee aan de slag gaan maar ook de mensen die nu worstelen met delen van het probleem, zodat de puzzelstukjes straks makkelijker verzameld kunnen worden.

Naar: Het team

Gedachte experiment:

  • Hoe is jouw stroombalans, wat kan er beter?
  • Hoe is de stroombalans in het team, werkt het fijn?
  • Zijn er in de organisatie teams actief om grotere uitdagingen beet te pakken, wordt hierover gecommuniceerd?
  • Kan er groene stroom worden gemaakt van bepaalde tijdrovende werkzaamheden die zich vaker herhalen?
  • Welke werkzaamheden blijven in de bureaucratie van regels hangen, waar kan het een tandje praktischer?